Cas Coppens | Oktober is een beetje een rare ‘transitiemaand’ van het fietsen op de weg naar het schaatsen, hardlopen, bankhangen, of naar fietsen op een andere ondergrond. Hoewel je het ook prima in de zomer kunt doen, vormt gravelen best een prettige brug van de lange tochten op de weg naar de kortere ritjes in het veld. Zeker als een begrip als de Gooische 200 praktisch in je achtertuin start en finisht.
In de dagen voorafgaand aan de start bleek ik ook niet de enige ZTIKZ-er te zijn met een aanmelding op zak en besloot ik de tocht samen te gaan rijden met erkende langeafstandsliefhebber Hilda en nieuwe gravel enthousiastelingen Joost en Sabine. Om 8:15 gingen we bij een ijskoude, maar zonovergoten ochtend bij de Zonnestraal in Hilversum van start voor 200km kronkelen over de heide en bossen van het Gooi en de Heuvelrug. De ca. 400 deelnemers verspreidden zich vrij snel waardoor we weinig last van andere fietsers hadden en lekker met z’n 4-en bij elkaar konden blijven tot de eerste stop na ca. 60km. Daar zorgde het inmiddels lekkere zonnetje ervoor dat de eerste ronde kleding uit kon, iets waar Sabine’s beenstukken overigens al vanaf het begin op eigen initiatief aan waren begonnen.
Na de stop volgde een aantal merkwaardige kilometers waarin eerst Sabine in een bocht onderuit schoof, en vervolgens ikzelf onbedoeld Hilda onderuit reed. De schade viel gelukkig relatief mee, en in elk geval kon iedereen door naar de 2e stop op ca. 115km op de oude vliegbasis Soesterberg. Sabine vond het hier mooi geweest voor haar 2e gravelrit ooit en draaide terug richting start (toch nog 140km op de teller uiteindelijk!).
Met z’n 3-en gingen we na koffie, soep en winegums beginnen aan de 60km lange lus door de Heuvelrug. Waar we eerder vooral aan het draaien en keren waren op de hei, kenmerkte zich deze lus door lange, rechte bospaden en wat meer asfalt. Duidelijk naar de smaak van Joost, die op ieder verhard tussenstuk steevast de brommer aanzette. Zo rolden de kilometers lekker voorbij tot we na 175km weer terug op Soesterberg waren voor een volgend rondje koffie, deze keer met verse poffertjes! De laatste 25km verliepen soepeltjes terug naar de Zonnestraal, waar we door Sabine werden opgewacht en met een biertje en een burger een lange, prachtige dag in het zadel afsloten.
Het was dan ook even wennen, een week later aan de start van het Utrechts Kampioenschap veldrijden, de traditionele aftrap van het crossseizoen op de Nedereindse Berg in Nieuwegein. In plaats van 7,5 uur gravelen, moest de tank nu in minder dan een uur leeg op een droog, bochtig en snel parcours. De opwarmrondjes en eerste wedstrijdrondjes waren dan ook echt nodig om het crossgeheugen weer op te frissen. Blijkbaar was ik niet de enige die hier last van had, en kon ik mij met een 7e plek in de -40 categorie en 11e plek algemeen prima handhaven. Alleszins een goede opmaat voor het reguliere seizoen!
Als dit stukje je interesse voor de cross heeft gewekt, laat het mij weten! Vanaf nu tot begin januari wordt er iedere zaterdag om 11:00 gecrosst op de Nedereindse Berg. Er wordt in 3 categorieen gereden en je bent welkom met een crosser, gravelfiets of mtb. Een KNWU-licentie is niet benodigd en aanmelden kan ter plaatse voor €5 per wedstrijd of €45 voor een heel seizoen van 11 wedstrijden.